Levensverschijnselen

Levensverschijnselen zijn verschijnselen die elk levend wezen vertoond in zijn leven.

Maar let op:

  • Levensverschijnselen kunnen per organisme erg verschillen.
  • Bij dieren zijn levensverschijnselen gemakkelijk te zien, maar bij andere levende wezens kan dit moeilijk zijn.
  • Alle zuurstof op aarde ontstaat door één van de levensverschijnselen van planten en sommige bacteriën, namelijk de ademhaling (stofwisseling).
  • Virussen worden geen organisme genoemd omdat ze zonder andere organismen niet kunnen voortplanten.
  • Ook planten kunnen waarnemen, ze weten het wanneer de dagen korter worden en laten dan hun bladeren vallen.

Er zijn maar liefst 7 levensverschijnselen:

  1. Ademhalen
  2. Voortplanten
  3. Uitscheiden
  4. Waarnemen
  5. Voeden
  6. Groeien
  7. Bewegen

Je kunt ze erg makkelijk onthouden met dit ezelsbruggetje:

Als vader uitgaat wordt vader goed bezopen.

Als = Ademhalen
Vader = Voortplanten
Uitgaat = Uitscheiden
Wordt = Waarnemen
Vader = Voeden
Goed = Groeien
Bezopen = Bewegen