We gaan nu in groepjes van 4 personen de biodiversiteit onderzoeken van een afgebakend stukje grond.
Met wie werk je samen?
ok
N.B. Zorg er voor dat elk groepje iets anders onderzoekt, denk hierbij aan het schoolplein, de wegberm, het plantsoen, het park, de waterkant, de bosrand etc.
Benodigdheden:
- Touw
- Karabijn slotje
- 4 Tentharingen
- Potlood
- Papier
Werkwijze:
- Maak een lusje aan het touw.
- Meet 6 meter touw af en knoop het karabijn slotje er aan vast.
- Zoek buiten een onderzoeksgebied op waar je de biodiversiteit van gaat meten.
- Maak een vierkant met de tentharingen.
- Span het touw om de tentharingen heen.
- Schrijf alle verschillende organismen binnen je vierkant op.
- Noteer hoeveel je van elke soort tegenkomt.
Verwerking:
Soort | Aantal | H |
---|---|---|
Totale aantal |
Download bovenstaand tabel als werkblad
Berekening biodiversiteit:
De biodiversiteit bereken je met de Shannon-Wiener index met onderstaande formule:
H = -Σ Pi(lnPi)
Waarbij:
H = de mate van biodiversiteit.
Pi = het aandeel van een soort in het totale aantal aangetroffen soorten.
ln = het natuurlijke logaritme.
Resultaten vergelijken:
Vergelijk de resultaten van jullie groepje met die van een ander groepje en beantwoord hierbij onderstaande vragen:
Vraag 1. Zijn er verschillen te zien in biodiversiteit tussen de verschillende groepjes? Zo ja, welke?
Antwoord opgeslagen
Vraag 2. Hoe verklaar je deze verschillen?
Antwoord opgeslagen
Vraag 3. Welk groepje heeft de grootste biodiversiteit aangetroffen in hun onderzoeksgebied?
Antwoord opgeslagen
Ga verder naar het antwoordblad
of
Ga terug naar Biodiversiteit tot voedselproductie