Tekeningen maken

In de biologie is observeren heel erg belangrijk. Observeren is het goed kijken naar een organisme. Hierbij wordt gelet op kenmerken.

Soms, als je de naam van een organisme niet weet, is het handig om zoveel mogelijk kenmerken op te schrijven zodat je eventueel later alsnog de naam van het organisme kunt achterhalen. Maar hiervoor moet je wel oefenen in het observeren.

Oefenen in observeren doen we door tekeningen te maken van wat we zien. Bij die tekeningen zetten we dan zoveel mogelijk kenmerken.

Het enige wat je nodig hebt is een potlood (HB) en een gum, eventueel een geodriehoek of liniaal en een wit A4 papiertje.

Boven de tekening zet je de titel van wat je gaat tekenen, je eigen naam en de datum. Eventueel ook andere belangrijke gegevens zoals vindplaats of medewaarnemers.

Hierna zet je erbij of je een natuurgetrouwe tekening of een schematische tekening maakt. En vervolgens zet je erbij of het een dwarsdoorsnede, een lengtedoorsnede is of een buitenaanzicht is.

Maak niet meer dan twee tekeningen op een kant van het A4-tje en teken groot. Zet bij elk onderdeel de naam. Trek hiervoor met de liniaal of geodriehoek rechte lijnen naar de rechterzijde van je blad en plaats de namen netjes onder elkaar.

Tekenregels op een rij.