In het nieuws
19-8-05 | Afgelopen weken is er in het nieuws veel sprake geweest van de ‘vogeltrek’. Men weet nog maar weinig over het fenomeen. Biologen buigen er zich al jaren over, met name over hoe de vogels weten wanneer ze moeten trekken en waar naar toe. Maar dat dieren mysterieuze gedragingen hebben wisten we al lang.
Wat we wel weten is dat vogels in grote getale wegtrekken om te overwinteren en dat ze terugkeren om te broeden. Aan het begin van het winterseizoen krijgen we in Nederland bijvoorbeeld de trek van wintergasten. Deze vogels komen naar ons land omdat zij het in het noorden te koud vinden. Aan de andere kant trekken onze zomergasten weg naar het zuiden, naar warmere streken.
Hierin schuilt een gevaar. Door deze trek kunnen vogels ziektes verspreiden over de hele wereld. Momenteel zijn wetenschappers bang voor een grote uitbraak van vogelgriep. Door een uitbraak in Rusland aan het begin van de vogeltrek bestaat er een kans dat wilde vogels de ziekte meenemen naar o.a. Nederland. In Ons land worden daarom maatregelen genomen om de verspreiding te voorkomen. Meer hierover lees je bij wetenschap.
De vogeltrek
Vroeger wist men niets over de vogeltrek. Men dacht tot 1899 dat vogels in de winter gewoonweg ‘verdwenen’ door zich te verschansen in holen. Pas toen de Deen Mortensen een vogel ringde en volgde ontdekte men dat vogels niet verdwenen, maar met de noorderzon vertrokken. Vanaf dat moment is men de wereldwijde vogeltrek gaan onderzoeken. Jaarlijks worden wereldwijd honderdduizenden vogels geringd. Men weet nu wel veel over de trekroutes en verblijfsgebieden. Maar over hoe de vogels weten wanneer de trek begint weten onderzoekers bijzonder weinig. Ze vermoeden dat het te maken heeft met hormonen die in een bepaald seizoen een bepaalde stof afgeven. Deze stoffen zorgen er voor dat vogels afstanden van duizenden kilometers afleggen.
Wintergasten
Wintergasten zijn vogels die in de winter naar ons land toekomen om te overwinteren. De koolmees en de noordse stormvogel, maar ook de gaai en de pimpelmees zijn wintervogels. Deze vogels leven vooral van insecten die leven onder afgevallen bladeren in de tuin of het bos. Ze komen naar ons land omdat het in het noorden te koud voor ze is geworden. Ze overwinteren in ons land om in het voorjaar weer terug te vliegen naar het noorden. Daar gaan ze in het voorjaar broeden.
Zomergasten
Zomergasten komen in de zomer vanuit het zuiden om in ons land te broeden. Enkele zijn de Kwartelkoning, de Wielewaal en Bosrietzanger. Aan het begin van de winter verlaten ze ons land omdat het dan te koud wordt.
Vogels kijken
Vogel liefhebbers uit de hele wereld trekken er in hun vrije tijd massaal op uit om naar deze trekvogels te kijken. Door hun “werk” zijn we veel te weten gekomen over vogels en trekvogels in het bijzonder.