Voltooid deelwoord aangeaard Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott) ik aard aan jij aardt aan hij aardt aan wij aarden aan jullie aarden aan zij aarden aan
Lees meeraanbakken
Voltooid deelwoord aangebakken Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott) ik bak aan jij bakt aan hij bakt aan wij bakken aan jullie bakken aan zij bakken aan
Lees meeraanbelanden
Voltooid deelwoord aanbeland Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott) ik beland aan jij belandt aan hij belandt aan wij belanden aan jullie belanden aan zij belanden aan
Lees meeraanbellen
Voltooid deelwoord aangebeld Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott) ik bel aan jij belt aan hij belt aan wij bellen aan jullie bellen aan zij bellen aan
Lees meeraanbenen
Voltooid deelwoord aangebeend Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott) ik been aan jij beent aan hij beent aan wij benen aan jullie benen aan zij benen aan
Lees meeraanbesteden
Voltooid deelwoord aanbesteed Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott) ik besteed aan jij besteedt aan hij besteedt aan wij besteden aan jullie besteden aan zij besteden aan
Lees meeraanbetalen
Voltooid deelwoord aanbetaald Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott) ik betaal aan jij betaalt aan hij betaalt aan wij betalen aan jullie betalen aan zij betalen aan
Lees meeraanbevelen
Voltooid deelwoord aanbevolen Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott) ik beveel aan jij beveelt aan hij beveelt aan wij bevelen aan jullie bevelen aan zij bevelen aan
Lees meeraanbidden
Voltooid deelwoord aanbeden Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott) ik aanbid jij aanbidt hij aanbidt wij aanbidden jullie aanbidden zij aanbidden
Lees meeraanbieden
Voltooid deelwoord aangeboden Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott) ik bied aan jij biedt aan hij biedt aan wij bieden aan jullie bieden aan zij bieden aan
Lees meeraanbijten
Voltooid deelwoord aangebeten Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott) ik bijt aan jij bijt aan hij bijt aan wij bijten aan jullie bijten aan zij bijten aan
Lees meeraanbinden
Voltooid deelwoord aangebonden Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott) ik bind aan jij bindt aan hij bindt aan wij binden aan jullie binden aan zij binden aan
Lees meeraanblaffen
Voltooid deelwoord aangeblaft Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott) ik blaf aan jij blaft aan hij blaft aan wij blaffen aan jullie blaffen aan zij blaffen aan
Lees meeraanblazen
Voltooid deelwoord aangeblazen Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott) ik blaas aan jij blaast aan hij blaast aan wij blazen aan jullie blazen aan zij blazen aan
Lees meeraanblijven
Voltooid deelwoord aangebleven Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott) ik blijf aan jij blijft aan hij blijft aan wij blijven aan jullie blijven aan zij blijven aan
Lees meeraanblikken
Voltooid deelwoord aangeblikt Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott) ik blik aan jij blikt aan hij blikt aan wij blikken aan jullie blikken aan zij blikken aan
Lees meerAanboren
Voltooid deelwoord aangeboord Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott) ik boor aan jij boort aan hij boort aan wij boren aan jullie boren aan zij boren aan
Lees meerAanbouwen
Voltooid deelwoord aangebouwd Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott) ik bouw aan jij bouwt aan hij bouwt aan wij bouwen aan jullie bouwen aan zij bouwen aan
Lees meerAanbraden
Voltooid deelwoord aangebraden Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott) ik braad aan jij braadt aan hij braadt aan wij braden aan jullie braden aan zij braden aan
Lees meerAanbranden
Voltooid deelwoord aangebrand Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott) ik brand aan jij brandt aan hij brandt aan wij branden aan jullie branden aan zij branden aan
Lees meerAanbreiden
Voltooid deelwoord aangebreid Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott) ik brei aan jij breit aan hij breit aan wij breien aan jullie breien aan zij breien aan
Lees meerAanbreken
Voltooid deelwoord aangebroken Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott) ik breek aan jij breekt aan hij breekt aan wij breken aan jullie breken aan zij breken aan
Lees meerAanbrengen
Voltooid deelwoord aangebracht Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott) ik breng aan jij brengt aan hij brengt aan wij brengen aan jullie brengen aan zij brengen aan
Lees meer